Mijn woorden zijn muziek

Ik hou ervan om plaatjes te draaien. Vergeten hits, nieuwe classics. Muziek heeft op mij een diepe uitwerking. Net als het woord overigens. Ik hou van het woord en dan vooral de gedachten tussen de woorden. Dat wat doorklinkt. Wat niet gezegd wordt maar wel gevoeld. Maar goed, muziek dus.
Soms komt er een artiest voorbij die alle zintuigen op scherp zet. Zomaar opeens. Donderslag, heldere hemel, alles. Dat je moet lachen en gillen en grienen van puur geluk en schreeuwend met je armen zwaaien op het ritme van de hoekige drums en ook, als een autist in een bushokje in de nacht nog een keer moet luisteren naar dat ene nummer op je telefoon, om elk nootje, elke ritmewisseling, elke dissonant op te zuigen. Goede muziek heeft die uitwerking op me en ik schaam me er niet voor.

Afgelopen zomer stond ik geboekt als DJ in het Vondelpark OpenluchtTheater. Ik was een uur eerder om even mijn set op te bouwen en naar de band voor mij te luisteren. Dat helpt altijd, dat je weet wat er voor je komt en waar je op mag aansluiten en ik vind het ook prettig om te weten wie er na mij komt. Ik pas me aan tussen twee acts in. Bouw van het ene naar het andere een brug, van muziek.

Ik zat even te wachten op de tribune, toen er iets kleins gebeurde.
Er stond voor het podium, terwijl een kwartet van blazers, schitterende tango’s aan het spelen was, een klein donker meisje met haar haar in kleine staartjes, een rode bril met dikke glazen op haar neus en een groene prinsessen jurkje aan. Echt een gifgroen jurkje. Zo groen als de kikker die gekust moest worden om een prins te worden. Ze zal net vijf zijn schatte ik.
En ze danste. Maar niet zomaar dansen, nee, ze stond op zichzelf  te draaien, te zwieren en te schudden op het geluid van de vier blazers. Gedachteloos draaide ze. Bewoog ze en werd ze bewogen.
Eerst was het gewoon een kind wat aan het dansen was, onbespied, maar hoe meer ze in zichzelf bleef bewegen, de blik naar binnen gekeerd, hoe meer ze begon op te vallen. Geen effectbejag of poses aannemen.
Gewoon dansen. Klein stapjes, een draaitje, hier een hupsje daar. Niet ingestudeerd, geen K3 of Kinderen voor Kinderen, So you think you can dance.
Nee, best wel ingewikkelde tango muziek. En zij danste en hoe meer ze danste hoe meer de muzikanten voor haar begonnen te spelen.
En, hoe meer ze dus begon op te vallen bij ons, het publiek.
Het wonderlijke was, niemand pakte zijn telefoon om haar te filmen. Om eventueel op instagram te zetten of Facebook.
‘Kijk mij eens ironisch de werkelijkheid verslaan.’

Nee, het meisje danste, in zichzelf, draaiend met haar groene jurk en iedereen werd er stil en uitbundig tegelijk van.
En ik dacht aan hoe ik met mijn moeder altijd door de kamer danste, op aanwijzing van haar, salsa, merengue. Uitgedaagd door haar, schamend voor wat  mijn lijf wel niet moest kunnen. Salsa is niet makkelijk, ik verzeker het je. En je voelt je als kind dan zo onhandig. Omdat het los is van alles wat je van binnen voelt. Het simpel meegenomen worden op de muziek.
Nee, dit meisje had geen schaamte, ze werd een lichtgroen tollend lichtje voor ons allemaal.
Na elk nummer kreeg ze steeds meer applaus.

Toen de muzikanten klaar waren en het publiek ging staan voor haar en de muzikanten haar op het podium tilden om haar het welverdiende applaus in ontvangst te laten nemen, boog ze onhandig, de armen wijd. En op dat moment realiseerde ik me dat de verbeeldingskracht groter is dan de schaamte. Dat je moet dansen alsof er niemand naar je kijkt, Niet je moeder, niet het publiek zelfs jijzelf niet. Gewoon bewegen. Ik zag een gewoon klein donker meisje in een gifgroene prinsessenjurk met een rode bril. Ons betoveren. Ze stond buiten alles en iedereen en ze wist met haar blik naar binnen en haar gevoel voor ritme maar vooral haar waarachtigeid en eerlijkheid, onbevangen, ons een nieuwe wereld of de wereld opnieuw te laten zien. Zij buigt voor ons en wij klappen voor haar. Omdat zij in haar eentje ons heeft laten voelen wat het is om je volledig te laten zien. Zonder schaamte.
Een buitenstaander in een onveilige wereld maakt door haar innerlijke overgave de wereld een beetje veiliger doordat wij deelgenoot worden en zo ons uiteindelijk kunnen laten leiden door ons eigen buitenstaandersschap. Dat we gewoon daarop mogen vertrouwen. Onbespied zijn. We hebben alleen even dat kleine duwtje nodig om naar dat kleine dansende meisje in onszelf te luisteren.

So, you think you can dance?

(Geschreven voor mijn presentatie van het programma over de buitenstaander ‘Mijn woorden zijn Muziek’ in de Tolhuistuin.)